“Alles heeft z'n schoonheid alleen ziet niet iedereen dat altijd.”
Confucius
7 juli
Main visits
Weather
Sleeping: Holiday-Inn
Initieel dachten we met een nachttrein van Xi’an naar Shanghai te reizen… vlak na aankomst in China werd dit omgeboekt naar een vlucht. Dit heeft ons de mogelijkheid gegeven één nacht langer in Xi’an te blijven én de ervaring op te doen van een binnenlandse vlucht.
Onrustig was de vlucht wel… niet één minuut waren we zonder luchtzakken of turbulenties. Volgens Smekke, onze luchtvaartexpert van dienst, vlogen we gewoon te laag om hieraan te ontsnappen. Het Chinese luchtruim is omwille van de burgerluchtvaart gewoon te druk om andere en vooral rustigere hoogtes op te zoeken. Desondanks serveren keurige dames in een maatpakje, met delicaat orchideeënmotief, toch een typisch Chinees ontbijt: jasmijnthee, warme noedels en kip.
Anders dan in Beijing is er niet één welbepaalde stijl in Shanghai. De oude hutongs worden systematisch afgebroken en moeten plaatsmaken voor torengebouwen. We zien onderweg naar de Yu-tuinen hoe in volledige wijken de ramen en deuren werden toegemetseld in afwachting van afbraak. We kregen de kans om in één de huisjes binnen te piepen. De leefomstandigheden waren ronduit schabouwelijk. Ze leven meestal in één ruimte die dienst doet als keuken, slaapkamer en leefkamer. Het sanitair moet je delen met de buren.
De onteigeningen worden gedaan door de staat in naam van het algemeen welzijn, de nieuwe vastgoedontwikkelingen gebeuren veelal door privé-investeerders. We wisten natuurlijk al langer dat ze heel pragmatisch zijn in hun ideologie: wanneer het past communistisch of anders kapitalistisch.
Buiten de hutongs en de wijken met torengebouwen zijn er ook een aantal buitenlandse concessies. De meest kenmerkende zijn de Franse en de Britse concessie.
In de Franse concessie zijn de lanen afgeboord met platanen, de winkeltjes zijn allemaal haute-couture-huizen of prêt-à-porter-zaken. Een ding hebben ze in alle geval gemeen: ze zijn geen van beide prêt-à-payer. Verder zijn er lieflijke fleuristen en gezellige koffiebarretjes. Je waant je echt in een Frans stadje.
De Britse concessie, die voornamelijk langs de Bund loopt, de kade aan de rivier Huangpu, is een kopie van wat je in Londen aantreft. De statige gebouwen lijken wel weggeplukt aan de Thames.
Na de vlucht nemen we onze lunch in een groot winkelcentrum. We hebben de indruk dat deze resto’s geen eigen keuken hebben. Eén ding is zeker, de eetsets (bestaande uit een klein glaasje, een klein bordje, een bolletje en een paar eetstokjes) worden aangeboden in een plastic verpakking en worden in grote bakken terug afgevoerd. Afwassen wordt hier dus zeker niet gedaan, koken vermoedelijk ook niet.
Bij elke maaltijd krijg je altijd gratis thee. In dit restaurant wordt de thee die je niet opdrinkt op het einde van de maaltijd gewoon over tafel gegoten en met een tafeldoek wordt dan de boel schoongeveegd. Welke thee je ook besteld maakt niet veel uit… een druppeltje afwasmiddel is er altijd bij in deze resto.
Een stad van 23 miljoen inwoners staat onder enorme druk wat mobiliteit betreft. De maatregelen die onder andere in Beijing van kracht zijn, moeten ook gerespecteerd worden in Shanghai. En ze gaan nog verder! De registratie van nieuwe nummerplaten kan tot 90000 Yuan kosten… een kleine € 13000 dus! En zelfs als je bereid bent deze som neer te tellen is het nog niet zeker dat je inschrijving in orde komt.
Wagens met groene nummerplaten mogen altijd rijden aangezien ze elektrisch zijn. Enkele onder ons namen ook de metro en stonden versteld van ondergrondse stad die de Chinezen hebben gebouwd.
Ook het busnetwerk is goed uitgebouwd. Er rijden twee type van bussen, de gewone oude roestbakken die men voor 1 RMB kan nemen en de het moderne alternatief. Naast het nummer en de bestemming staat er ook een groen sneeuwvlokje… deze bussen zijn airconditioned en kosten de volle 2 RMB.
Het eerste bezoek dat we doen is aan de Jade Budda Temple in Shanghai. Het prachtige complex staat midden een onvoorstelbaar woud, de éne mastodont al groter dan de andere, de meest onvoorstelbare vormen van monolieten omringen dit eeuwenoude heiligdom. Ik ben zeker Boeddha en de monniken zijn beschermd… kan u zicht het prentje inbeelden? Vermoedelijk niet aangezien dit woud is opgetrokken uit buildings en de monolieten zijn wolkenkrabbers!
Het pronkstuk van dit klooster is een Boeddhabeeld volledig gehouwen uit Jade. De gelovigen blijken echter niet echt veel vertrouwen in de kracht van hun gebeden… net voor het betreden van de ruimte waar het beeld staat kunnen ze nog eens goed het kopje strelen van Pixiu, de gelddraak. De pragmatische Chinezen hebben altijd een backup-plan! Indien ze die zo geprezen staat van gelukzaligheid niet kunnen bereiken door meditatie en gebed, willen ze hier en nu toch zoveel mogelijk middelen om te voldoen aan hun aardse behoeftes. En de boeddhistische monniken… die doen gewoon mee. Bij elk beeld kan de gelovige een QR-code scannen en via hun smartphone een donatie doen het beeld van hun keuze…
In Beijing zagen we al een paar contortionisten op zondag oefenen… wat we in het circus zagen, tartte elke verbeelding.
China heeft een grote traditie wat acrobatie en halsbrekerij betreft. Je kan je afvragen of die gasten effectief wel ligamenten hebben. Slangenmensen plooien hun lichaam in de meest onmogelijke posities, acrobaten halen de meest onmogelijk truckjes uit. Voor de slotakte werden maar liefst 8 motorrijders in een bolvormige kooi opgesloten en reden kriskras door elkaar. Echt zot!