Sequoia en King's Canyon National Park


De kamers en bedden waren in Fresno meer dan voortreffelijk. We maakten het niet laat gisteren gezien het feit dat we doodop waren en beseften dat de afspraak deze ochtend om 6.30 u. aan de wagen was. Het ontbijtbuffet voorzag ons van meer dan we nodig hadden, tot zelfs hamburgers toe. Alvorens definitief te vertrekken koopt Filip een zak ijsblokjes die we over onze drankjes in de koelbox storten.

De vlakte tussen Fresno en de bergen van het Sequoia en Kings Canyon park is één enorme plantage van allerhande vruchten, abrikozen, appelsienen, citroenen en perziken. Eerder in San Francisco merkte Carola al op dat op een van de historische pakhuizen aan de haven een uithangbord “Cannary Del Monte” stond te lezen. Het ingeblikt fruit van Del Monte vult ook bij ons de rekken van de warenhuizen nog. We hadden geen idee dat het bedrijf was gevestigd in Californië. Ik besef plots dat dit de plantages moeten zijn die de setting waren voor John Steinbeck's wereldberoemde “Grapes of Wrath”. Het moet inderdaad geen evidentie zijn in deze hete vlaktes in de plantages te werken. 

“Food grows where water flows” leert een bord langs de weg… buiten de zon die hier in overvloed is, heeft men zelf voor irrigatiekanalen gezorgd die voldoende water voorzien om alle plantages te bevloeien. 

Na een rit van een kleine twee uur rijden we het National Park binnen. In Kings Canyon stoppen we even aan het bezoekerscentrum om wat proviand in te slagen. Geen vijf minuten verder zet Flip ons af voor een eerste wandeling. Op de parking van het “General Grant Tree Trail” staan we vol verbazing te staren naar de bomen die de parking omzomen. Niemand kan gewoon vatten dat bomen zo groot kunnen worden en dit zou nog maar een flauw voorsmaakje blijken van wat we verder zouden zien.

In dit bos loop je trouwens niet gewoon te wandelen en rond te kijken. Dit woud en haar majestueuze bewoners moeten worden ervaren. Je moet het tot jezelf laten komen. De impact is zeker niet te onderschatten. Een Amerikaanse dame geeft toe dat dit een “Truly humbling experience” is. Een mens wordt er inderdaad héél nederig van. De Sequoia’s staan hier minimum een paar honderd jaar, de meeste zelfs een paar duizend jaar! In het beste geval lopen wij hier maximum een kleine honderd jaar rond. De kleinste van alle bomen werden hier al aangeplant in 1904!

Waarom worden deze bomen zo oud? Hun speciaal ecosysteem heeft buiten een vruchtbare bodem, water, lucht ook nog vuur nodig om te overleven. Ze zijn zo goed als immuun voor ziektes of zwammen. Enkel hun oppervlakkig wortelstelsel maakt hen extra gevoelig voor zware wind of sneeuwval.

 

Onderstaand schema en de oude foto geven een idee van de enorme afmetingen van deze bomen.

Aan de waardige ouderdomsdekens onder hen geeft men zelfs namen.

 

Oordeel zelf, een kleine selectie van de twee parken:

 

The Twin Sisters                                                                       

The General Grant Tree The General Sherman Tree
                            

27 verdiepingen hoog, even breed dan die rijvakken op de snelweg, gewicht van 700 zware wagens.

 31 meter omtrek, 2200 jaar oud, 1335 ton, oudste meest volumineuze boom ter wereld.

 

Na de Kings Canyon hebben we de weg vervolgend naar het Sequoia National Park. Vlak aan de parking zitten twee herten te genieten van wat koelte onder één van de gigantische bomen. De dieren hebben niet de indruk zich van ons ook maar iets aan te trekken. Uiteindelijk zijn wij hier bij hen te gast! In het Sequoia park is het de “General Sherman Tree” die ons doet verstommen.

Op weg naar de vallei stoppen we nog even in het visitor center van waaruit we een  korte wandeling maken naar het bergriviertje. Ondertussen stijgt de temperatuur terug naar een kleine 45°. Het was véél aangenamer in de wouden boven!

 

Ons hotel voor vandaag ligt in Bakersfield, de kamers zijn ruim maar dat interesseert ons niet. Dit hotel heeft een zwembad en daar moeten we zo snel mogelijk gebruik van maken.